
Hoe kleine veranderingen grote gevolgen kunnen hebben
Het wordt de hoogste tijd om onze diepgewortelde overtuigingen over persoonlijke ontwikkeling, macht, relaties en authenticiteit eens te herzien, aldus Michael Puett. In De weg legt hij uit wat zes oude Chinese filosofen, waaronder Confucius en Lao Tzi, over deze thema’s te vertellen hebben en biedt een nieuwe kijk op (bijna) alles. Daarbij gebruikt hij voorbeelden van mensen uit de 21e eeuw die worstelen met zichzelf, werk, opvoeding en relaties.
De meesten van ons hebben bepaalde ‘rituelen’. Of je daarbij nu denkt aan de ochtendkoffie, etentjes met de familie, de vrijdagavond waarop je met je partner uitgaat of het paardjerijden met de kinderen voor het slapengaan, we vinden deze momenten belangrijk omdat ze ons leven continuïteit en betekenis verlenen, en zorgen voor een band met onze dierbaren.
Confucius zou ermee instemmen dat al die momenten potentiële rituelen vormen. Maar in zijn lessen ging hij er dieper op in wat rituelen inhouden en waarom deze belangrijk zijn.
Rituelen creëren en aanpassen
Confucius wordt vaak afgeschilderd als een onbuigzame traditionalist die zijn volgelingen aanspoorde om hun leven lang sociale conventies te volgen en specifieke rollen aan te nemen. Maar het moge inmiddels duidelijk zijn dat hij precies het tegenovergestelde onderwees. Wanneer we onze rituelen uitvoeren en daardoor een idee krijgen van wat medemenselijkheid inhoudt, worden we juist allesbehalve onbuigzaam. Rituelen helpen ons niet alleen te voorkomen dat we in een bepaalde rol vast komen te zitten, maar door ons erin te oefenen leren we ook hoe en wanneer we bepaalde rituelen moeten creëren of aanpassen.
De menselijke natuur komt voort uit het mandaat geeft zelfs aan dat rituelen op deze manier zijn ontstaan. In de begintijd van de menselijke beschaving waren er naast alle chaotische, negatieve ervaringen die mensen hadden wanneer ze met elkaar in aanraking kwamen ook ontmoetingen die wel goed verliepen. (Denk aan zoiets eenvoudigs als om iets vragen in plaats van het gewoon weg te grissen, of een vriend in moeilijkheden helpen in plaats van hem te negeren.) De betrokkenen merkten de positieve effecten van dit soort ontmoetingen en begonnen ze te herhalen, waardoor het rituelen werden. In de loop der tijden ontwikkelden mensen een heel repertoire aan rituelen dat hen hielp zich correct tegenover elkaar te gedragen en toekomstige generaties te leren dat ook te doen.
Ook wij creëren en wijzigen rituelen. Stel dat je de kamer in loopt en ziet dat je vrouw zich ergens zorgen over maakt. Wanneer je haar in het verleden in zo’n toestand aantrof, ging je naast haar zitten en drong je erop aan dat ze haar hart luchtte. Het vaste ritueel was dat je haar de ruimte gaf om haar gevoelens te uiten.
Maar volgens de confucianistische visie gaat het vooral om de complexe details. In dit geval zou je erachter moeten komen aan welk soort aandacht ze op dit specifieke moment behoefte heeft. Misschien besef je dat het in dit geval beter voor haar is als je het anders aanpakt – haar gewoon stilletjes tegen je aandrukt – omdat je aanvoelt dat ze op dit ogenblik vooral je geruststellende aanwezigheid nodig heeft. Hiermee creëer je een nieuw ritueel. Je doet welbewust iets nieuws, op grond van de ervaring die je hebt opgedaan met jullie eerdere gezamenlijke rituelen, de dingen die je over je vrouw weet en je inschatting van de situatie. Als dit werkt, zal zij op haar beurt anders reageren en wordt dit op den duur jullie gezamenlijke ritueel. Je hebt eerdere rituelen aangepast en een nieuw ritueel gecreëerd. En daarmee heb je ook een nieuwe realiteit voor jullie allebei geschapen: een realiteit waarin je een hechtere band hebt gesmeed.
Wat hebben we er precies aan als het ons lukt voortdurend medemenselijkheid in praktijk te brengen? Het is een vraag die Confucius’ leerlingen soms stelden. Eigenlijk wilden ze weten of hij geloofde dat we na onze dood worden beloond voor de goede dingen die we voor anderen doen. Zijn antwoord was simpel: ‘Je weet nog niets van het leven. Hoe kun je dan begrijpen wat de dood is?’
Confucius sprak zich met zijn antwoord niet uit over de vraag of we al dan niet in een leven na de dood moeten geloven. In plaats daarvan benadrukte hij dat we ons moeten concentreren op de dingen die we hier en nu kunnen doen om het beste in onze naasten naar boven te brengen.
Hoewel het Confucius niet in de eerste plaats ging om het eigen geluk, was hij zeer vertrouwd met het diepe geluksgevoel dat ontstaat wanneer je een beter mens probeert te worden. Op de vraag zichzelf te beschrijven, antwoordde hij: ‘Hij is iemand die van enthousiasme vergeet te eten, van vreugde vergeet zich zorgen te maken, en oud wordt zonder te merken hoe de tijd verstrijkt.’
Onszelf ontwikkelen voor een betere wereld
‘Medemenselijk word je door jezelf te overwinnen en je te voegen naar het ritueel.’
Laten we nog eens kijken naar de geschiedenis van het alstublieft-en-dank-u-wel-ritueel. Wat eeuwen geleden een kleine verandering leek, zou uiteindelijk deel uitmaken van iets veel groters. Er vormde zich een nieuwe wereld, waarin mensen zich konden voorstellen hoe het zou zijn om anderen als hun gelijken te behandelen, en vervolgens ook een moment te ervaren hoe het was om met elkaar om te gaan als gelijken. In de loop der tijden hebben we een werkelijkheid gecreëerd waarin de gedachte overheerst dat alle mensen gelijk behoren te zijn.
We hebben vaak het idee dat we grote ambities moeten koesteren om de wereld te veranderen. Confucius zou dit niet betwisten, maar hij zou er waarschijnlijk bij zeggen: ‘Verlies het kleine niet uit het oog. Denk aan “alstublieft” en “dank u wel”.’ Veranderingen vinden pas plaats zodra mensen hun gedrag veranderen, en ze veranderen hun gedrag alleen als ze met de kleine dingen beginnen.
Confucius onderwees dat we medemenselijkheid alleen door middel van rituelen kunnen ontwikkelen. Maar pas zodra ons leven in het teken staat van medemenselijkheid kunnen we aanvoelen wanneer we rituelen moeten inzetten en hoe we die kunnen aanpassen. Dit klinkt als een cirkelredenering en dat is het ook. Juist doordat zijn ideeën steeds weer naar hun eigen uitgangspunt terugkeren, zijn ze zo diepzinnig. Er is geen ethisch of moreel kader dat de context en de complexiteit van het menselijk leven overstijgt. We hebben niets anders dan onze chaotische
wereld, waarin we onszelf zullen moeten zien te verbeteren. Deze alledaagse alsof-rituelen zijn de middelen die ons in staat stellen nieuwe werkelijkheden te verzinnen en in de loop der tijden nieuwe werelden te vormen. Onze levens beginnen in de alledaagse realiteit en blijven daarin verankerd. Alleen vanuit de alledaagse werkelijkheid kunnen we uiteindelijk werkelijk grootse werelden scheppen.
Benieuwd naar meer? Je kunt het boek hier bestellen.